Bloemetje 118. In Dialoog.

Door Joris Leijten.
Meisje Bloem gaat uit van haar eigen ervaringen en gedachten bij de voorwerpen die ze vindt.
De ervaringen maken haar concluderende stellingen zo, uniek en bijzonder. Na de vraag: “Maar Bloem, wat is dat dan? En de constatering
“Meisje Bloem denkt na over ...” volgt een korte beschrijving van het thema van wat ze heeft meegemaakt in het verhaaltje. 
Een voorbeeld: Maar Bloem, wat is dat dan, dromen? Meisje Bloem denkt na over dromen. Meisje Bloem zegt: ‘Dromen is als je niet meer zelf hoeft te denken. Je gaat vanzelf op reis.’ Meisje Bloem zegt: ‘Soms is het niet leuk. Dan moet je wakker worden en even gaan plassen. En als het wél leuk is, dan lig je lekker tevreden in je bed te lachen.’ (38. De deken)

Meisje Bloem zit ’alleen’ boven op haar zolder te denken. Dat is een nadeel want niemand hoort haar redenering.
Wij echter hebben haar verhalen opgeschreven in het prentenboek Meisje Bloem. En zo worden haar gedachten toch verspreid. Haar conclusie over dromen kan een eerste bijdrage zijn aan een “Nijmegen in Dialoog” bijeenkomst over het onderwerp “Dromen”. Haar droomervaring zet mogelijk anderen aan om hun ervaringen met dromen te delen en over hun dromen na te denken om zo tot een eigen conclusie te komen.

Sinds twee weken mag ik mij officieel “Dialoogbegeleider” noemen. Ik heb een cursus gedaan om officieel te mogen begeleiden.
De afgelopen drie jaar heb ik bij de organisatie “Nijmegen in Dialoog” onderdeel van het Huis van Compassie in Nijmegen, zowel als deelnemer als assistent-begeleider deelgenomen aan “Dialogen” over verschillende thema’s op verschillende locaties in de stad. Een dialoog begeleiden op verschillende locaties is leuk, vanwege de verschillen in deelnemers. Bij de “Dialogen” in het Huis van Compassie zijn altijd migranten uit verschillende culturen met zeer diverse ervaringen. Voor hen is het Nederlands spreken, ook een leerervaring. Ook heb ik deelgenomen aan “Dialogen” op het gemeentehuis en in de bibliotheek in Nijmegen. In het gemeentehuis zijn meer politiek geïnteresseerden en mensen uit het centrum; in de bibliotheek Zwaneveld in een buitenwijk van de stad zijn veel meer boekgeïnteresseerden en bewoners van deze nieuwe wijk.
Bijzonder is om in een dialoog nieuwe en mij bekende mensen te ontmoeten rond een bepaald thema. Mensen die elkaar niet of nauwelijks kennen en toch diep en vertrouwd als gelijken in dialoog gaan. Iedereen heeft ervaringen en ideeën over een thema en samen word je geïnspireerd door ervaringen van de anderen. Ik kijk elke twee weken er weer naar uit om aan een “Nijmegen in Dialoog” deel te nemen.

Het gesprek vindt plaats via een vast patroon; een methode. De dialoogmethode die “Nijmegen in Dialoog” gebruikt, bestaat steeds uit vier fasen: 1. Kennismaken, 2. Ervaringen, 3. Dromen, 4. Actie. 
Na de kennismaking met elkaar en het onderwerp, wordt “een rondje gemaakt” en vraagt de dialoogbegeleider naar de ervaringen van de deelnemers bij het onderwerp. Dan worden er aan élkaar vragen gesteld ter verduidelijking. Het gesprek gaat hierbij om dialoog en om gelijkwaardigheid van ieders mening; het gesprek is niet bedoeld om de ander te overtuigen of in debat te gaan.                           
In de droomfase gaan we na, wat de ideale situatie is van het onderwerp. Om deze “ideale” fase te benaderen is altijd een grote stap: meestal utopisch: bijvoorbeeld “Ik wil graag vrede in de wereld”.
Daar heb je weinig invloed op. In de laatste actiefase bedenken we of we ook kunnen handelen naar wat we hebben gezegd. Je kan lief en vredig zijn en geen ruzie maken met je buren, daar heb je wél invloed op. Dat zijn kleinere stapjes vooruit, maar als iedereen dat doet, is er vrede.
Deze stelling kan de eind conclusie van de dialoog zijn.   

Elke dialoog duurt 1,5 uur. Alles wat er besproken wordt, is vertrouwelijk. Als dialoogbegeleider moet je goed luisteren en vervolgens reageren, door te vragen naar wat mensen bedoelen met wat ze zeggen.
Je geeft iedereen het woord en bewaakt ook de tijd en de lijn in het gespreksthema en je ziet er op toe, dat iedereen zich aan de opzet van de dialoog, houdt. ‘Inspireren’ is de bedoeling en niet elkaar betuttelen.

De komende maand heb ik twee “Dialogen” gepland staan met het thema: “Trouw en Liefde” (13 februari a.s.) in het kader van Valentijnsdag en “Mag je gek doen?” (27 februari a.s.) naar aanleiding van Carnaval. Ik heb er zin in. Komt allen. Meisje Bloem zal ik vast citeren als haar ideeën passen bij een onderwerp van een “Dialoog”.