Bloemetje 54 Zaadjes en erwtjes

Door Joris Leijten:
Het is bijzonder dat Meisje Bloem op haar zolder een doosje zaadjes vindt. Zij bedenkt dat ze daar een heleboel bloemen van kan maken. Meisje Bloem vindt ook een pot met aarde. Zij duwt de zaadjes in de grond. ‘Nu moeten jullie gaan groeien’, zegt ze tegen de zaadjes, ‘want ik wil een heleboel bloemen.’( 27. De zaadjes). De zaadjes van Bloem kun je ook symbolisch zien. Het zaadje is de kiem waar bloemen uit ontstaan: de bloemen zijn de nieuwe ideeën. Meisje Bloem zaait haar verhalen via het prentenboek Meisje Bloem. Haar verhalen groeien op hun beurt omdat lezers haar ideeën omarmen en gebruiken en toepassen in hun eigen leven. Haar ideeën inspireren om kritisch te denken en misschien andere dingen te doen.


Onlangs ontdekte ik het woord ‘erwtje’; erwtjes zijn ook zaadjes. Het zijn de zaadjes van de erwtplant. “Erwtjes” vind ik een leukere naam dan het woord zaadjes. Ik moet altijd een beetje om lachen om het woord erwtje. Omdat je over de ‘w’ in het woord een beetje struikelt. Wij kennen het erwtje van het sprookje “Prinses op de Erwt” van de Deense schrijver Hans Christian Andersen over een prins die alleen maar een echte prinses wil trouwen. Een echte prinses heeft een gevoelige huid omdat ze nooit hoeft te werken en alleen zit en zwaait. In het sprookje test de moeder van de prins of een onbekend meisje dat aan de deur klopt, een prinses is. Dit doet de koningin door onder twintig matrassen en twintig dekbedden op het bed van de prinses een erwt te leggen en haar hier op te laten slapen. De prinses heeft zo’n gevoelige huid dat door die twintig matrassen en twintig dekbedden de prinses de erwt voelt en bont en blauw wakker wordt. Het meisje blijkt dus een echte prinses. De prins trouwt haar. Het prinses-zijn geeft haar voordelen en nadelen. Een voordeel dat ze mag trouwen met de prins. Een nadeel is dat haar huid gevoelig is snel bont en blauw kleurt en zij daarmee beperkt wordt in haar doen en laten en niet kan spelen bijvoorbeeld en niet kan werken. We citeren/gebruiken dit sprookje in een nieuw leesboekje “Mijn erwtje, over de wereld van Job en Oma Jet” ¹ ook getekend en geschreven door Clémence en Joris Leijten. Erwtjes worden daarin een gespreksonderwerp omdat Jop en Oma Jet alles wat niet leuk is en hen beperkt, voortaan érwtje ‘gaan noemen. Dat Jop niet kan zien en Oma Jet niet kan lopen, maar ook dat Jop zijn poes is doodgegaan en zijn ouders niet meer bij elkaar wonen.
Als je ‘beperkingen’ zo definieert heeft iedereen zijn erwtjes, want: “niemand heeft nooit pijn en nooit is alles leuk” (citaat uit het leesboekje Mijn erwtje). Er over praten maakt een erwtje minder zwaar, ontdekken Jop en Oma Jet. Wij als auteurs wensen dat net als “de zaadjes” van Meisje Bloem de erwtjes van Jop en Oma Jet lezers aan het denken zetten. Opdat er nieuwe gedachten ontstaan over vragen in het leven. “Ontstaan.” Een abstract begrip? Of toch niet. Ik vraag aan Meisje Bloem wat ontstaan betekent. Meisje Bloem zegt: ‘Ontstaan is dat iets begint. Iets, dat er nog niet is geweest.’ Een mens kan beginnen, en een dier, en een plant. Maar ook een plannetje.’ (27. De zaadjes) Nieuwe gedachten kunnen ontstaan! Nieuwe gedachten kunnen ontstaan als je het leesboekje Mijn erwtje leest. Met dat doel hebben we dat boekje geschreven en uitgegeven.


1. Leijten Clémence & Leijten Joris (2021) Mijn erwtje, over de wereld van Jop en Oma Jet , uitgave Joleijt educatieve producten, Nijmegen.