Bloemetje 104. Zomervakantie.
Door: Joris Leijten
De zomervakantie 2023 is aangebroken. Alle kinderen hebben in deze periode zes weken lang vakantie; geen school. Het is de overgang van het ene schooljaar naar het nieuwe schooljaar en dan hopelijk een klas hoger.
Meisje Bloem zal ook niet naar school hoeven. Voor ouders die moeten werken is het lastig om alles te plannen met opvang etc. naast hun werk.
Voor vele kinderen hoort erbij dat ze een paar weken van die vrije periode op vakantie gaan naar het binnen- of buitenland. Camping, bungalow, strand of stad. Naar een bestemming die ze vaak niet kennen. Ze spelen daar op het strand, aan het zwembad of bezoeken een mooi kasteel of stad.
Van een andere omgeving dan thuis krijg je vaak energie en inspiratie.
We weten niet of Meisje Bloem met vakantie gaat in Nederland of zelfs in het buitenland. Volgens het verhaaltje 31. de Vlieger woont ze wel vlakbij de zee en het strand: Meisje Bloem kijkt in de verte. Ze kijkt door het dakraam naar de straat; nog verder naar de duinen en dan ziet ze de zee. Meisje Bloem zegt: ‘We zouden vandaag naar de zee gaan.’ Meisje Bloem ziet de zee en hoort de golven en de wind. En ze zegt: ‘Ik wil naar de zee, maar het kan niet.’ (31. De Vlieger) Meisje Bloem is teleurgesteld en anders dan dat we van haar gewend zijn, zegt ze dat ze daarom geen zin heeft om te spelen. Ze is verdrietig omdat ze niet naar het strand gaan. Kennelijk mag ze niet zelfstandig naar het strand en de zee. Gelukkig kan ze haar strandverhaal fantaseren en spelen op haar warme zolder onder het pannendak als ze in een doos een vlieger vindt. ‘De wind neemt mijn vlieger mee de lucht in’, roept ze. En zo zit Meisje Bloem op zolder toch prettig te vliegeren, terwijl ze nergens zin in had. (31. De Vlieger)
Vakantie is niet alleen maar ‘blij’ en energie op doen. Het organiseren van een vakantie is soms een grote stress. Hoge kosten. Een lange reis in een warme auto met files. Het inpakken van de koffers en auto. En nieuwe plek waar je de weg niet kent. Soms een andere taal van mensen die je niet verstaat. En ander eten dat je niet kent. Op de zolder kan Meisje Bloem fantaseren waar ze is en hoeft ze niet te reizen en heeft ze ook geen last van de genoemde nadelen.
Meisje Bloem is echter geen ‘huismus’. Ze weet wat ‘buiten’ is. Maar Bloem, wat is dat dan, buiten? Meisje Bloem denkt na over buiten. Meisje Bloem zegt: ‘Buiten is niet binnen. Binnen is de kamer… Buiten is de lucht. De regen en de zon. En de bloemen en het gras, maar ook de auto’s op de weg.’ Meisje Bloem zegt: ‘Ik ga naar buiten, als ik niet meer binnen wil spelen.’ (42. Het dakraam).
Ik houd persoonlijk niet van vakantie op een nieuwe locatie. Ik houd het graag bij dagtochtjes of een paar dagen in en andere stad die ik ken. Voor mij hoef ik niet meer twee weken op een nieuwe camping of in een nieuw land.
Ik vind de nadelen zwaarder wegen dan de voordelen. Op een locatie die ik al ken is het makkelijker vakantie houden. De nieuwigheid is er vanaf, maar er is wel van alles te beleven. Ik herken mij wel in Meisje Bloem en haar zolder, waar ik in mijn huis, achter mijn computer, kan fantaseren wat ik maar wil.
Meisje Bloem kan altijd blijven fantaseren met de spulletjes op haar zolder.
Een fijne Zomervakantie thuis, of waar ook ter wereld.