Bloemetje 123. “Bemoei je met jezelf”.
Door Clémence Leijten.
Meisje Bloem ziet op zolder een lieveheersbeestje. Meisje Bloem zegt:
‘Het lieveheersbeestje moet naar buiten. Meisje Bloem bedenkt een plan: ik maak het dakraam open. Meisje Bloem zegt dan tegen het líeveheersbeestje: ‘Stap maar op mijn arm. Dat doet het lieve heersbeestje en dan loopt Meisje Bloem met hem naar het open raam. ‘Springen’, zegt ze, ‘maar pas op je knietjes.’ (42. Het dakraam) Meisje Bloem behoedt het beestje zelfs voor kapotte knieën. Je zou haar een bemoeial kunnen vinden, want ze bemoeit zich met alles. Een lieveheersbeestje zal zelf wel weten, wat hij moet doen, toch?
En dat blijkt. Meisje Bloem staat voor het raam te wachten tot hij springt. ’Durf je niet?’ vraagt ze. Meisje Bloem geeft het lieveheersbeestje een zetje.
Het lieveheersbeestje springt niet, maar hij maakt van zijn rode jas twee vleugels. Nu kan hij vliegen. Hij vliegt naar buiten. Zie je wel het lieveheersbeestje, heeft zijn eigen oplossing! Haar raad was niet nodig geweest. Maar ik op mijn beurt zeg: ‘Okay het lieveheersbeestje bedacht zélf dat het kon vliegen, maar als Meisje Bloem niet de moeite had genomen om het raam open te zetten, zat hij nu nog op die donkere zolder, zonder eten.
Die ‘Maar’ conclusie trek ik ook bij mijn kinderen. ‘Mam, bemoei er niet mee, ik los het zelf wel op.’ Okay ze zullen zelf wel weten wat goed voor hen is, maar als zij niet eten, dan gaan ze dood. Ze zullen zelf wel weten dat ze slaap nodig hebben, maar als ze avond aan avond laat thuis komen, worden ze ziek. Als ze zonder jas naar buiten gaan, worden ze verkouden. Dat woordje “bemoeien” raakt bij mij een gevoelige snaar. Ik weet dat ik hen de kans moet geven zelf te experimenteren en dat fouten maken mag. En toch zou ik een pleidooi willen houden voor het bemoeien; het bemoeien met elkaar. Een pleidooi om de morele moed op te brengen om voor anderen in de bres te springen. Want wat mijn kinderen “bemoeien” noemen, heet voor mij: zorg dragen voor elkaar en is nodig.
Hoe komt het dat veel mensen zich passief opstellen als anderen in nood zijn en wat zorgt ervoor dat anderen wél handelen? Onderzoek op scholen laat zien dat veel kinderen passief toekijken als een medeleerling gepest wordt, omdat ze expliciet hebben geleerd dat ze zich ‘met zichzelf moeten bemoeien’. ¹ “Bemoei je met jezelf”’, dat zinnetje is de boosdoener. Dat zinnetje geeft een reden om weg te kijken van een ander.
Als in school met behulp van trainingen de norm wordt gevestigd dat het juist goed is als je in de bres springt voor kinderen die gepest worden, dan blijkt 90% van de kinderen dit ook te doen. Ook helpt het als kinderen inzicht krijgen in wat er gebeurt bij de pesterij en het wegkijken. Dat bijvoorbeeld: zeggen dat het kind het ‘er naar gemaakt heeft’, of ‘omdat hij stom is’, ervoor zorgt dat je geen medelijden voelt met het slachtoffer en dat je het dus goed vindt, dat je wegkijkt. Het is ook belangrijk dat kinderen betrokken worden bij discussie over ‘wat goed is’ en ‘wat prettige omgangvormen zijn’. Als kinderen leren hun stem te gebruiken, als ze thuis en op school de gelegenheid krijgen om mee te denken en mee te beslissen, dan draagt dat bij aan de ontwikkeling van morele moed en een hulpvaardige houding. Meedenken en meebeslissen thuis dus en in de schoolsituatie. En in de maatschappij? Welke maatschappelijke instanties hebben we eigenlijk die expliciet tot taak hebben om mensen bij elkaar te brengen?
Wat zegt het woordenboek over bemoeien? Het woord bemoeien heeft drie betekenissen. “1. Zich inlaten met iets of iemand waar men niets mee te maken heeft. 2. Zich mengen in zaken van anderen of ze recht te zetten of in orde te maken. 3. Zich om iemand bekommeren.” “Bekommeren” betekent: zich ongerust maken of zich zorgen maken om.
Ik ben de liefhebbende moeder van mijn kinderen ik bemoei me met hen als ik mij ongerust maak over hen, betekenis drie. Als er nood dreigt dan is bemoeien in mijn ogen onvermijdelijk. Als ik mij bemoei in de betekenis twee, dan weet ik dat ze mijn raad in de wind kunnen slaan, omdat ze hun problemen zelf kunnen oplossen. Bemoeien in de betekenis één? Die betekenis vecht ik in mijn geval aan met dit Bloemetje: hoe zo, hoeven we niks te doen voor iemand die niets met mij te maken heeft?
Ik ga het zeggen weer: ‘Bemoei je met elkaar; bemoeien is een pré!’
- Micha de Winter (2024) Medemenselijk opvoeden. Samenlevingspedagogiek voor een hoopvolle en daadkrachtige generatie. Uitgeverij SWP Amsterdam.