Door: Joris Leijten
De verhaaltjes van Meisje Bloem leiden in haar spel tot een moeilijk vraag. Het zijn kindervragen die haar even tot nadenken zetten en zij op haar eigen manier beantwoordt.
In het verhaal over “Het Harnas” beschermt ze zichzelf tegen de boze buitenwereld maar ze komt er achter dat dat minder praktisch is en leidt tot de vraag: ‘Wat is dat dan, bescherming? Meisje Bloem denkt na over bescherming.
Meisje Bloem zegt: ‘Bescherming is een muur. Die muur houdt tegen wat ik niet leuk vind. Achter die muur ben ik veilig.’ Meisje Bloem zegt: ‘Achter die muur kan mij niks gebeuren.’ (41. Het harnas) Bescherming is in eerste instantie een abstract begrip. Meisje Bloem maakt het concreet en kleiner door het voor te stellen dat ze achter een muur bescherming vindt. Dat is herkenbaar de muren van haar huis beschermen haar tegen storm, regen en kou buiten. Heel praktisch.
Continue Reading
Door Clémence Leijten.
Op de zolder van Meisje Bloem staan allemaal dozen. Steeds zit er iets in, maar in deze doos die ze vindt, zit niets. Het is een lege doos. Waarom is de doos leeg? ‘In de doos zat misschien een schat‘, zegt ze, ’die schat is gestolen door een piraat.’ Meisje Bloem zegt: ‘Ik denk dat er goudstukken in de doos lagen.’ (32. De lege doos) Ze zegt het niet, maar in de woorden die zij kiest, voel ik verontwaardiging. Immers de schat is “gestolen”; de schat is niet opgebruikt. De persoon die de kist leeghaalde is een “piraat”. Een piraat is iemand, die de eerlijkheid niet hoog heeft. Wat zou er gebeuren als ik tegen Meisje Bloem zeg, dat zij, wij allemaal, op onze beurt piraten zijn?
Continue Reading